Geschiedenis

<spanstyle="font-family: Tahoma;">N.V. Bureau Wijsmuller — dat 31 augustus 1961 in Indonesië de sleepboot Noord-Holland verloor — heeft aan een werf te Kinderdijk opdracht gegeven voor de bouw van twee sleepboten met een sterkte van 4300 IPK.

Daarmee zullen twee bekende namen de "Jacob van Heemskerck" en de "Willem Barendsz" in de vloot van N.V. Bureau Wijsmuller terugkeren.

Het casco van de "Willem Barendsz" werd gebouwd door scheepswerf 'de Klop' in Sliedrecht als bouwnummer 626.

De "Willem Barendsz" werd te water gelaten op 22 maart 1963 omstreeks 15.00 uur bij Scheepswerf De Klop in Sliedrecht en gedoopt door Mevrouw M.A.A. Bührmann-Klopper de echtgenote van de burgemeester van Velsen.

Daarna werd de "Willem Barendsz" verder afgebouwd bij scheepswerf De Klop en bij scheepswerf L. Smit & Zoon te Kinderdijk, waar de masten zullen worden geplaatst.

De "Willem Barendsz" lag van 24 tot 25 juli 1963 aan de Parkkade van Rotterdam en werden er aan boord genodigden, relaties en bedrijven uit de scheepvaart etc. ontvangen.

Zaterdag 27 juli 1963 vertrok, omstreeks 10.30 uur, de "Willem Barendsz" met gasten aan boord vanuit de haven van Rotterdam naar IJmuiden en tijdens deze 'proefvaart' van Rotterdam naar IJmuiden werd de "Willem Barendsz" ter hoogte van het radioschip "Veronica" overgedragen, door de werf, aan Bureau Wijsmuller en werd de "Willem Barendsz" aan de vloot van Bureau Wijsmuller toegevoegd.

Op 30 juli 1963 en l augustus 1963 bracht de "Willem Barendsz" een 'maiden' bezoek aan de haven van Londen – Engeland waar veel Engelse relaties uitgenodigd waren om een bezoek aan de "Willem Barendsz" te brengen.

Vanuit de haven van Londen – Engeland is de "Willem Barendsz" via de haven van Brest - Frankrijk onderweg gegaan naar Bahrein in de Perzische Golf.

3 september 1963 werd door de "Willem Barendsz", in Bahrein, de Nederlandse cutterzuiger "Queen of Holland" vastgemaakt en op sleeptouw genomen voor een 7500 mijl lange sleepreis naar Brisbane – Australië.

18 september 1963 arriveerde de "Willem Barendsz", met de "Queen of Holland" op sleeptouw, in de haven van Colombo - Sri Lanka.

Begin oktober 1963 werd de "Queen of Holland", ten zuiden van Colombo - Sri Lanka, door de "Willem Barendsz" wegens voortstuwings- problemen overgegeven aan de "Zeeland".

Nadat de "Willem Barendsz" de "Queen of Holland", had overgegeven aan de "Zeeland", arriveerde de "Willem Barendsz" begin oktober in de haven van Colombo - Sri Lanka.

Dit, voor een door Wijsmuller omschreven 'onvolkomenheid in de voortstuwings- installatie', na reparatie van het probleem is de "Willem Barendsz" op 10 oktober 1963 vertrokken uit de haven van Colombo - Sri Lanka.

Vanuit Colombo - Sri Lanka, zette de "Willem Barendsz" koers naar de positie van de "Zeeland", om gezamenlijk de "Queen of Holland" naar Brisbane – Australië te slepen.

De "Willem Barendsz" en de "Zeeland" arriveerden begin november 1963 in de haven van Brisbane – Australië, met de zuiger "Queen of Holland" op sleeptouw, vanuit de Perzische Golf.

Half november 1963 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Brisbane – Australië, om over de Stille Oceaan koers te zetten in de richting Panama Kanaal.

In de 2e helft van november 1963 en de 1e helft van december 1963 was de "Willem Barendsz" onderweg vanuit de haven van Brisbane - Australië naar het Panama Kanaal waar de "Willem Barendsz" op 16 december 1963 arriveerde in de haven van Balboa – Panama.

De "Willem Barendsz" vertrok, na passage van het Panama kanaal, op 31 december 1963, vanuit de haven van Cristobal - Panama naar de Bahama Eilanden.

1964

Begin januari 1964 arriveerde de "Willem Barendsz" in de haven van Nassau – Bahama eilanden, waar de "Willem Barendsz" gestationeerd werd.

Op 8 januari 1964 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit haar stations plaats naar de Atlantische Oceaan, naar het op 1100 mijl ten Oosten van Bermuda drijvende vrachtschip "Bat"(1943 – 7.196 Brt.) dat haar schroef had verloren.

In de avond van 14 januari 1964 bereikte de "Willem Barendsz" het Amerikaanse vrachtschip "Bat".

De "Bat" werd door de "Willem Barendsz" vastgemaakt en naar de haven van Baltimore - Verenigde Staten gesleept.

Na het afleveren van de "Bat" in de haven van Baltimore - Verenigde Staten vertrok de "Willem Barendsz" op 3 februari 1964 vanuit de haven van Baltimore - Verenigde Staten, naar New Orleans - Verenigde Staten, om daar een zuiger vast te maken.

de "Willem Barendsz" arriveerde op 10 februari 1964 in de haven van New Orleans - Verenigde Staten, en vertrok wat later vanuit de haven van New Orleans - Verenigde Staten, met de zuiger "Jamaica Bay" en een bak op sleeptouw naar Brisbane - Australië.

Nadat de "Willem Barendsz" half februari 1964, met de zuiger "Jamaica Bay" en een bak op sleeptouw, vanuit de haven van New Orleans - Verenigde Staten was vertrokken, zette het transport via het Panama Kanaal over de Stille Oceaan koers naar Brisbane - Australië.

18 april 1964 arriveerde de "Willem Barendsz" in de haven van Brisbane - Australië na een reis van ongeveer 9500 mijl.

Na het afleveren van de zuiger "Jamaica Bay" en een bak in de haven van Brisbane - Australië, werd door de "Willem Barendsz" in de haven van Brisbane - Australië gedokt.

Na een dokbeurt vertrok de "Willem Barendsz" eind april 1964 vanuit de haven van Brisbane - Australië, in de richting van de Golf van Mexico.

De "Willem Barendsz" arriveerde 27 mei 1964 vanuit Brisbane - Australië in de haven van New Orleans - Verenigde Staten.

Waar het ferry schip "Sea Level"(1928 – 7.653 Brt.) vast werd gemaakt, voor een sleepreis naar Italië.

29 mei 1964 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van New Orleans - Verenigde Staten, met het ferry schip "Sea Level" op sleeptouw, naar Vado Ligure in Italië.

30 juni 1964 arriveerde de "Willem Barendsz", met het ferry schip "Sea Level" op sleeptouw, in de haven van Vado Ligure – Italië.

Nadat het ferryschip "Sea Level" in de haven van Vado Ligure – Italië was afgeleverd vertrok de "Willem Barendsz" op 2 juli 1964 naar IJmuiden, waar de "Willem Barendsz" in de 2e week van juli 1964 arriveerde om opnieuw voor de lange reis te worden uitgerust.

Vanuit IJmuiden ging de "Willem Barendsz" op 22 juli 1964 onderweg naar Bordeaux - Frankrijk, om vanuit die haven, op 27 juli 1964 te vertrekken met een groot drijvend werkeiland de "GEM. 108 Trait d'Union 2" op sleeptouw naar Port Gentil - Gabon.

De "Willem Barendsz" arriveerde op 3 september 1964 in de haven van Port Gentil – Gabon waar het drijvend werkeiland "GEM. 108 Trait d'Union 2" werd afgeleverd.

De "Willem Barendsz" vertrok vanuit de haven van Port Gentil – Gabon naar de haven van Santos - Brazilië, waar de "Willem Barendsz" op 23 september 1964 arriveerde.

In de haven van Santos – Brazilië werd door de "Willem Barendsz" de, voor de sloop bestemde, tanker "Hamilton Lake"(1927 – 12.510 Brt.) vastgemaakt voor een sleepreis naar Castellon - Spanje.

7 november 1964 arriveerde de "Willem Barendsz" met de tanker "Hamilton Lake" vanuit Santos - Brazilië, op sleeptouw, in de haven van Castellon - Spanje.

Na aflevering van de tanker "Hamilton Lake" in de haven van Castellon – Spanje zette de "Willem Barendsz" koers naar het bergings station Penzance – Landsend – Engeland.

Vanuit het bergings station Penzance – Landsend – Engeland vertrok de "Willem Barendsz" naar IJmuiden, waar ze eind november 1964 arriveerde.

Vanuit de haven van IJmuiden vertrok de "Willem Barendsz" naar Nantes - Frankrijk.

Vanuit de haven van Nantes - Frankrijk, vertrok op 2 december 1964 de "Willem Barendsz" met de, met olieproductie-platforms beladen ponton, "GEM 110" met bestemming Port Gentil - Gabon.

Met de "GEM 110", op sleeptouw, arriveerde de "Willem Barendsz" op 22 december 1964 in de haven van Port Gentil - Gabon.

Vanuit de haven van Port Gentil – Gabon zette de "Willem Barendsz" koers naar Lagos in Nigeria om daar een baggermolen, de "Beverwijk 10", op sleeptouw te nemen naar Conakry in Guinee aan de Afrikaanse Westkust.

Door de "Willem Barendsz" werd in 1964 32.098 mijl slepend afgelegd.

1965

Na het afleveren van de baggermolen "Beverwijk 10" vanuit de haven van Lagos - Nigeria in de haven van Conakry – Guinee Vertrok de "Willem Barendsz" naar de haven van Cotonou – Benin waar de zuiger "Iraq 2" en 4 pontons werden vastgemaakt met bestemming Lagos - Nigeria.

Na aflevering van de de zuiger "Iraq 2" en 4 pontons in de haven van Lagos - Nigeria, vertrok de "Willem Barendsz" weer naar de haven van Conakry - Guinee om daar nog 2 pontons en een drijvende pijpleiding vast te maken wederom met bestemming Lagos - Nigeria.

Vanuit de haven van Lagos - Nigeria, na aflevering van 2 pontons en een drijvende pijpleiding, vertrok de "Willem Barendsz" half januari 1965 naar de haven van Baltimore - Verenigde Staten.

Eind januari 1965 werd de koers gewijzigd, naar de positie van de Amerikaanse tanker "Niagara"(1945 – 10.448 Brt.) die een deel van de huid platen in de Atlantische Oceaan had verloren.

Geëscorteerd door een rederijgenoot en de "Willem Barendsz" bereikte de "Niagara" de haven van Ponta Delgada op de Azoren.

Waarna de "Willem Barendsz" op 16 februari 1965 haar reis vervolgde naar de haven van Baltimore - Verenigde Staten.

2 maart 1965 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Baltimore - Verenigde Staten met de "Fairwind", een tanker die bestond uit het aan elkaar gelaste achterschip van de T-2 tanker "Globe Explorer"(1944 – 10.441 Brt.), waarvan de machinekamer was uitgebrand, en het voorschip van de T-2 tanker "Appomattox"(1943 – 10.195 Brt.) op sleeptouw.

Nadat onderweg nog een keer tijdens slecht weer de sleepverbinding was gebroken werd 25 maart 1965 de "Fairwind" door de "Willem Barendsz" in de haven van Valencia - Spanje, bij de slopers afgeleverd.

Vanuit de haven van Valencia – Spanje zette de "Willem Barendsz" koers naar de haven van Triest – Italië.

Begin april 1965 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Triëst - Italië, met het booreiland "GEM 5" op sleeptouw, naar Ras Tanura in de Perzische Golf.

Half april 1965 gaf de "Willem Barendsz" het booreiland "GEM 5", ten zuiden van Suez - Egypte, over aan de "Groningen".

Nadat de "Groningen" het booreiland "GEM 5" had overgenomen zette de "Willem Barendsz" koers naar Malta.

Eind april 1965 vertrok de "Willem Barendsz", met de tanker "Watford Trader"(1952 – 10.843 Brt.) die was uitgebrand in Abadan - Iran, vanuit Malta naar Valencia – Spanje.

Na aflevering van de "Watford Trader", bij de sloopwerf, in de haven van Valencia - Spanje op 26 april 1965 zette de "Willem Barendsz" vervolgens koers naar IJmuiden waar de Willem Barendsz" op 13 mei 1965 arriveerde.

Vanuit IJmuiden vertrok de Willem Barendsz" naar Le Havre - Frankrijk, om van daaruit, het booreiland "Sea Gem", dat voorzien is van tien 65 meter hoge poten, naar de haven van Middlesborough – Engeland te verslepen.

6 mei 1965 vertrokken de "Willem Barendsz" en de "Hector", met het 10-potige booreiland "Sea Gem" (deze was opgebouwd op de vroegere ponton "GEM 123") op sleeptouw, vanuit de haven van Le Havre - Frankrijk naar Middlesborough aan de Engelse oostkust.

Het transport ontmoette in het Noordzee gebied veel slecht weer. Maar op 13 mei 1965 werd het booreiland "Sea Gem" veilig afgeleverd in de haven van Middlesborough - Engeland, waar de "Sea Gem" verder afgebouwd zal worden.

Na het verslepen van het booreiland "Sea Gem" van Le Havre - Frankrijk naar Middlesborough - Engeland, kwam de "Willem Barendsz" in de tweede helft van mei 1965 weer naar IJmuiden om de bemanning af te lossen.

Vanuit IJmuiden vertrok de "Willem Barendsz" naar Glasgow - Engeland.

Vanuit de haven van Glasgow - Engeland, werd de nieuwe zuiger "Nassau Bay", versleept naar de haven van Middlesborough - Engeland.

29 mei 1965 begon de "Willem Barendsz" aan een sleepreis vanuit Rotterdam naar de haven van Santander - Spanje, met de Noorse tanker "Nora"(1950 – 9.044 Brt.) die op 27 maart 1965 na een aanvaring in het Engelse Kanaal in brand had gestaan en na het lossen van de lading in Rotterdam voor de sloop is verkocht naar Spanje.

3 juni 1965 arriveerde de "Willem Barendsz" met de Noorse tanker "Nora", op sleeptouw, in de haven van Santander - Spanje.

Na aflevering van de Noorse tanker "Nora", in de haven van Santander – Spanje, vertrok de "Willem Barendsz" op 3 juni 1965 vanuit de haven van Santander – Spanje, naar de haven van Horta – Azoren.

Waar de "Willem Barendsz" na aankomst stationsdienst verrichte.

De tweede helft van juni 1965 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Horta - Azoren naar Norfolk - Verenigde Staten.

Onderweg naar Norfolk - Verenigde Staten had de "Willem Barendsz" op 22 juni 1965 nog een rendez-vous met de "Gelderland" die met 2 T-2 Tankers, op sleeptouw, onderweg was naar Bilbao - Spanje.

De "Willem Barendsz" gaf brandstof over aan de "Gelderland" en proviand aan de runners op de beide tankers.

Eind juni 1965 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Norfolk - Verenigde Staten met de, voor de sloop bestemde, Liberty "Marine Courier"(1945 – 7.176 Brt.) op sleeptouw naar Spanje.

Half juli 1965 arriveerde de "Willem Barendsz" met de "Marine Courier", op sleeptouw, bij de sloopwerf in de haven van Castellon – Spanje.

23 juli 1965 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Castellon - Spanje naar Gibraltar waar de "Willem Barendsz", na aankomst, stationsdienst verrichte.

16 augustus 1965 arriveerde de "Willem Barendsz" vanuit Gibraltar in de haven van IJmuiden, om uitgerust te worden voor een nieuwe lange reis.

19 augustus 1965 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit IJmuiden met een ponton op sleeptouw naar Moruroa - Frans Polynesië, in de Zuidelijke Stille Oceaan.
 
Op 20 augustus 1965 werd in de haven van Le Havre - Frankrijk, nog een 2e ponton aan het transport toegevoegd.

Half september 1965 passeerde de "Willem Barendsz" met de twee pontons het Panama Kanaal.

15 oktober 1965 arriveerde de "Willem Barendsz" op de rede van Moruroa - Frans Polynesië, na een voorspoedige reis met twee bakken, een vanuit IJmuiden en de tweede vanuit Le Havre – Frankrijk.

De ongeveer 10.000 mijl lange reis werd in een kleine 50 dagen gemaakt.

Van de rede van Moruroa - Frans Polynesië, vertrok de "Willem Barendsz" op 18 oktober 1965 naar Hiroshima – Japan.

Met het booreiland "Sedco 135 B - Bruyard" op sleeptouw vertrok de "Willem Barendsz" op 10 november 1965 vanuit de haven van Hiroshima - Japan naar Belait - Noord Borneo een 2200 mijl lange reis.

1 december 1965

De volgende tekst is overgenomen uit de Beting van december 1965.

ONTSTELLEND WAS DE INHOUD van het telegram, dat op woensdag l december op ons kantoor in IJmuiden van de "Willem Barendsz" via buitenlandse radio-kuststations werd ontvangen:

BURWYS IJMUIDEN - 12.00 UUR GMT - BOOREILAND DOORMIDDEN GEBROKEN EN OMGESLAGEN - BEIDE DELEN DRIJVEN IN POSITIE 18.26 N. EN 119.07 O. - KEUR VAN BEEK GEBUIS VAN TOOR EN 10 SHELL MENSEN AAN BOORD BOOREILAND - VERMOEDELIJK GEEN OVERLEVENDEN - KAPITEIN WILLEM BARENDSZ.

Kort daarna kwamen Lloyd's meldingen uit het gebied van de Zuid Chinese Zee met de S.O.S. berichten van de "Willem Barendsz" aan Hongkong Radio en Singapore Naval Radio.

Schepen in de nabijheid werd verzocht uit te zien naar overlevenden.

Het eiland bleek in drie stukken te zijn gebroken. Twee stukken dreven die donderdag al drie mijl uit elkaar. Zij verwijderden zich steeds verder van elkaar. De voorste ponton, waarop werd gesleept en waaraan de sleepdraad nog hing, dreef verticaal met de 80 meter lange poot horizontaal, half in het water. De stuurboord ponton met kolom dreef in dezelfde toestand. De bakboord ponton met het boordek, de accommodatie voor de bemanning en de boortoren, waren geheel verdwenen en vermoedelijk gezonken.

Na zestien uur zoeken, kon op de plaats van de ramp ongeveer 90 mijl ten westen van de Noord punt van Luzon - Filipijnen, de Canadees Mc. Keever van de South Eastern Drilling Company worden gered.

Ook die donderdag en vrijdag ging het zoeken naar eventuele verdere overlevenden voort. De zee was over 15 mijl afstand bedekt met wrakstukken.

Twee vliegtuigen hielpen de "Willem Barendsz" bij dit zoeken, maar helaas zonder resultaat.

Zaterdagmorgen 4 december 1965 maakte de "Willem Barendsz" de voorste ponton met kolom vast en begon deze te verslepen naar Manilla - Filipijnen.

Vanuit Hongkong was inmiddels de Engelse sleepboot "Tai Koo"(1950), eigendom van de Taikoo Dockyard & Engineering Co of Hong Kong Ltd, onderweg om de tweede ponton vast te maken. Hierin slaagde de "Tai Koo" op 10 december 1965.

Het slepen van beide pontons naar de Mariveles Bay bij Manilla - Filipijnen was een lastig karwei.

De "Willem Barendsz" arriveerde daar op 12 december 1965, de "Tai Koo", die een deel van de sleepreis bijgestaan werd door Smit's "Clyde", op 26 december 1965.

Vertegenwoordigers van Shell, de South Eastern Drilling Company, assuradeuren en van Wijsmuller waren inmiddels aangekomen in Manilla – Filipijnen om een nader onderzoek in te stellen, teneinde te trachten een oorzaak voor het in elkaar storten van het eiland vast te stellen.

Duikers verwijderden hiertoe onder water onder meer de afgebroken buizen, teneinde later de breuk vlakken te kunnen zien.

De volgende tekst is afkomstig uit de Beting van December 1965.

IN MEMORIAM

l DECEMBER 1965, de dag waarop het booreiland "Sedco 135B-Bruyard", dat door onze zeesleepboot "Willem Barendsz" werd gesleept van Japan met bestemming Brunei, Noord West Borneo, door nog immer onverklaarbare oorzaak plotseling in drie stukken uiteenviel, zal in de annalen van onze maatschappij als een rampdag geboekstaafd blijven.

DERTIEN MENSEN verloren daarbij het leven. Vier daarvan behoorden tot ons varend personeel. De overige negen waren personeelsleden van de South Eastern Drilling Company en van het Shell-concern.

ONZE GEDACHTEN en ons diepgevoelde medeleven gaan uit naar de nabestaanden van hen, die bij de vervulling van hun plicht het hoogste offer brachten. Van harte hopen wij dat de familieleden de kracht mogen ontvangen om dit zware en onherstelbare leed te dragen. Het was voor ons een grote steun — en dit zal het ongetwijfeld ook voor de nabestaanden zijn — dat wij uit alle delen van de wereld bewijzen van innige deelneming mochten ontvangen, zelfs van ons totaal onbekenden.

De voorzitter van de Koninklijke Nederlandsche Redersvereniging eerde de nagedachtenis van onze vier personeelsleden door tijdens de Algemene Ledenvergadering van 8 december bij de herdenking van de aan de vereniging in het afgelopen jaar door de dood ontvallen leden, ook hen te betrekken.

Hendrik van Beek, Korstiaan Gebuis, Robert Pieter Keur en Marinus van Toor, waren allen slechts betrekkelijk korte tijd aan ons bedrijf verbonden; Robert Keur maakte zelfs pas zijn eerste reis. Nochtans waren zij er allen reeds in geslaagd zich bij een ieder, die met hen in aanraking kwam, bemind te maken. Wij verliezen in hen bekwame en veelbelovende medewerkers, wier nagedachtenis wij niet beter in ere kunnen houden dan door met hernieuwde moed en vereende kracht verder te werken aan het bedrijf, waaraan ook zij reeds na zo korte tijd hun hart hadden verpand.

Zij rusten in vrede.

ARTHUR WIJSMULLER

Op 19 december 1965 kon de "Willem Barendsz" — na het vervullen van de nodige formaliteiten in de haven van Manilla - Filipijnen vertrekken.

Beide pontons en kolommen werden waarschijnlijk voor de sloop verkocht.

Op 19 december 1965 ging de "Willem Barendsz", vanuit de haven van Manilla – Filipijnen onderweg naar Gizo Island - Solomon eilanden, waar het Britse vrachtschip "Crestbank"(1957 – 6.459 Brt.) was gestrand.

29 december 1965 arriveerde de "Willem Barendsz" bij de positie van de "Crestbank" nabij Gizo Island – Solomon eilanden.

De "Crestbank" slaagde er, echter, in om op eigen kracht vlot te komen.

Door de "Willem Barendsz" werd in 1965 in 12 reizen 26.423 mijl slepend afgelegd met 20 objecten.

1966

Vanaf de Solomon eilanden arriveerde de "Willem Barendsz" half januari 1966 in de haven van Portland – Oregon - Verenigde Staten, om daar 2 bakken vast te maken, voor een sleepreis in de richting Zuid Chinese zee.
 
Half februari 1966 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Portland – Oregon - Verenigde Staten, met twee kunstmatige eilanden die via Manilla - Filipijnen, naar een bestemming in het gebied van de zuid Chinese zee.

Nadat begin maart 1966 de haven van Honolulu – Hawaï - Verenigde Staten was aangedaan, vervolgde de "Willem Barendsz" haar sleepreis met de twee kunstmatige eilanden.

Nadat de "Willem Barendsz" begin april 1966 in de haven van Manilla – Filipijnen arriveerde, met twee kunstmatige eilanden op sleeptouw vanuit Portland – Oregon - Verenigde Staten.

Werden in de haven van Manilla - Filipijnen, de poten van beide hefpontons geïnstalleerd, en werd de reis half april voortgezet naar Cam Ranh Bay - Vietnam, waar beide pontons werden afgeleverd.

Vanuit Cam Ranh Bay - Vietnam zette de "Willem Barendsz", via Singapore, koers naar Chittagong – Bangladesh.

Terwijl de "Willem Barendsz" onderweg was vanuit Singapore naar Chittagong – Bangladesh, werd de hulp van de "Willem Barendsz" ingeroepen door de Liberiaanse tanker "World International"(1952 – 10.328 Brt.) die met een volle lading stookolie was gestrand ter hoogte van Port Swettenham in de Straat van Malakka.

De "Willen Barendsz" kwam op 28 april 1966 ter plaatse en werd voor de berging van de "World International" op basis van Lloyd's Open Form geaccepteerd.

De "Willem Barendsz" was vanaf 28 april 1966 tot 2 mei 1966 bezig met de berging van de geladen Liberiaanse tanker "World Internationaal" die gestrand was nabij Port Swettenham in de Straat van Malakka.

Op 2 mei 1966 slaagde de "Willem Barendsz" er in de "World Internationaal" vlot te brengen.

Nadat de "World Internationaal" was vlot gebracht vervolgde de "Willem Barendsz" haar reis naar Chittagong - Bangladesh, waar de "Willem Barendsz" in de eerste week van mei 1966 arriveerde.

In de haven van Chittagong - Bangladesh werd door de "Willem Barendsz" de Noorse tanker "Siponto"(1949 – 11.224 Brt.), die op 28 februari 1966 in de haven was uitgebrand, op sleeptouw genomen naar Kaohsiung - Taiwan.

Na aflevering van de "Siponto" in de haven van Kaohsiung - Taiwan, zette de "Willem Barendsz" koers naar Kobe - Japan.

Half juni 1966 werd, een drijvende opslagtank de "SPV 367001" bestaande uit twee aan elkaar gelaste voor-schepen van tankers, door de "Willem Barendsz" vastgemaakt in de haven van Kobe – Japan.

Vanuit de haven van Kobe – Japan begon de "Willem Barendsz", met de drijvende opslagtank de "SPV 367001", aan een 11.000 mijl lange sleepreis naar Bonny Town - Nigeria. Deze sleepreis werd rond Zuid-Afrika gemaakt.

Op 23 augustus 1966 arriveerde de "Willem Barendsz" met de opslagtank "SPV 367001" in de haven van Bonny Town – Nigeria,een ononderbroken sleepreis van 74 dagen was daarmee achter de rug.

De Willem Barendsz" zette vervolgens vanuit de haven van Bonny Town – Nigeria koers naar Kaapstad - Zuid Afrika.

Half september 1966 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Kaapstad - Zuid Afrika, met twee walvisjagers de "AM 4 Robert W. Vinke"(1960 – 659 Brt.) en de "AM 20 Sonja Vinke"(1942 – 713 Brt.) naar Santander - Spanje.

Half oktober 1966 arriveerde de "Willem Barendsz" in de haven van Santander - Spanje, met de twee walvisjagers "AM 4 Robert W. Vinke"(1960 – 659 Brt.) en de "AM 20 Sonja Vinke"(1942 – 713 Brt.) op sleeptouw.

Vanuit de haven van Santander - Spanje vertrok de "Willem Barendsz" naar IJmuiden waar ze op 14 oktober 1966, na een reis van 14 maanden terug keerde.

24 oktober 1966 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit IJmuiden naar Vlaardingen.

In de haven van Vlaardingen werden de baggermolen "Europa" en de onderlossers "B 10" en "B 11" vastgemaakt, eigendom van R. Boltje en Zn. uit Zwolle, voor een sleepreis naar Rio de Janeiro - Brazilië.

Half november arriveerde de "Willem Barendsz" in de haven van Dakar – Senegal, tijdens de sleepreis Vlaardingen — Rio de Janeiro met de baggermolen "Europa" en de onderlossers "B 10" en "B 11".

In de haven van Dakar - Senegal, werd enige lekkage in de baggermolen "Europa" verholpen.

Begin december 1966 arriveerde de "Willem Barendsz", met de baggermolen "Europa" en de onderlossers "B 10" en "B 11" op sleeptouw, vanuit Vlaardingen in de haven van Rio de Janeiro - Brazilië.

Half december 1966 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit Rio de Janeiro - Brazilië, met drie tanklichters op sleeptouw naar Belém – Pará - Brazilië.

Door de "Willem Barendsz" werd in 1966 36.400 mijl slepend afgelegd in 6 reizen met 12 objecten.

1967

Begin januari 1967 leverde de "Willem Barendsz" de drie tanklichters vanuit Rio de Janeiro - Brazilië af in de haven van Belém – Pará - Brazilië.

Op 3 januari 1967 zette de "Willem Barendsz" weer koers vanuit de haven van Belém – Pará – Brazilië naar Rio de Janeiro – Brazilië.

Omstreeks 7 januari 1967 was de "Willem Barendsz" ter hoogte van Macau - Rio Grande do Norte - Brazilië, voor inspectie van het vrachtschip "Comandante Martini"(1913 – 6.569 Brt.), die daar op 12 november 1966 in brand had gestaan. De "Comandante Martini" bleek een "total loss" te zijn.

13 januari 1967 arriveerde de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Belém – Pará – Brazilië in de haven van Rio de Janeiro – Brazilië.

18 januari 1967 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Rio de Janeiro - Brazilië, met een 11.380 ton metende drijvend droogdok op sleeptouw naar de haven van Chaguaramas - Trinidad en Tobago.

Half februari 1967 werd het dok in de haven van Chaguaramas - Trinidad en Tobago afgeleverd.

Na het afleveren van een 11.380 ton metend droogdok van uit Rio de Janeiro – Brazilië in de haven van Chaguaramas - Trinidad en Tobago. Zette de "Willem Barendsz" half februari 1967 koers naar Las Palmas - Gran Canaria.

In de haven van Las Palmas – Gran Canaria werd half maart 1967 het hefeiland "Rio Parana", die daar vanuit Amsterdam was gebracht door de "Utrecht", vastgemaakt voor de verdere sleepreis naar Buenos Aires - Argentinië.

Nadat de "Willem Barendsz" het hefeiland "Rio Parana" 7 april 1967 had afgeleverd in de haven van Buenos Aires - Argentinië, en daarna in de haven van Montevideo - Uruguay had gebunkerd, vertrok de "Willem Barendsz" naar de haven van La Guaira – Venezuela.

Eind april arriveerde de "Willem Barendsz" te La Guaira, Venezuela.

Eind april 1967 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van La Guaira - Venezuela, met het Griekse vrachtschip "Simba"(1948 – 5.957 Brt.) op sleeptouw naar Rotterdam, waar de "Simba" reparaties zal ondergaan.

In het Engels Kanaal ter hoogte van Barfleur – Frankrijk werd de "Simba" op 22 mei 1967 overgegeven aan de "Utrecht".

Nadat de "Simba" was overgegeven aan de "Utrecht" zette de "Willem Barendsz" koers zette naar Birkenhead - Engeland.

De "Willem Barendsz" versleepte eind mei 1967 het casco van de 'toekomstige' bulkcarrier "Norseman"(1967 – 29.259 Brt.) vanuit de haven van Birkenhead bij Liverpool - Engeland naar de haven van Haverton Hill on Tees – Engeland waar het casco verder afgebouwd zal worden.

Na aflevering van het casco van de "Norseman" in de haven van Haverton Hill on Tees – Engeland zette de "Willem Barendsz" koers naar de positie van de, in charter van Bureau Wijsmuller varende, "Cintra" op de Atlantische Oceaan.

6 juni 1967 nam de "Willem Barendsz", op 500 mijl ten westen van Ferrol - Spanje op de Atlantische Oceaan, het K.N.S.M. vrachtschip "Achilles"(1959 – 5.711 Brt.) die kampte met machineschade over van de Portugese sleepboot "Cintra"(ex Englishman) die de "Achilles" op 1 juni 1967 had vastgemaakt in de haven van San Juan - Puerto Rico.

De "Willem Barendsz" sleepte de "Achilles" verder naar IJmuiden waar het transport op 12 juni 1967 arriveerde.

Na een dokbeurt in Amsterdam vanaf 13 tot 16 juni 1967 vertrok de "Willem Barendsz" op 19 juni 1967 weer naar zee om de stations-dienst nabij Penzance – Landsend - Engeland, voor de "Utrecht" waar te nemen.

De "Willem Barendsz" werd op 14 juli 1967 geaccepteerd, op basis Lloyd's Open Form, voor de berging van het Filipijnse vrachtschip "President Garcia"(1944 – 5.413 Brt.) geladen met kopra, die was gestrand aan de Zuidkust van Guernsey.

Op 20 juli 1967 kon de "President Garcia" door de "Willem Barendsz", "Utrecht" en de "Stentor" worden vlot gebracht en op sleeptouw genomen naar Rotterdam.

Nadat de "Willem Barendsz" op 24 juli 1967 de van Guernsey vlot gebrachte "President Garcia" in de Rotterdams Waalhaven had afgeleverd, zette de "Willem Barendsz" koers naar Grimsby - Engeland.

Vanuit de haven van Grimsby - Engeland werd eind juli 1967 door de "Willem Barendsz" een ponton versleept naar Milfordhaven - Engeland.

31 juli 1967 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Milfordhaven – Engeland, met het hefeiland "Hubinsel IV", naar Hamburg – Duitsland.

6 augustus 1967 leverde de "Willem Barendsz" het hefeiland "Hubinsel IV"af in de haven van Hamburg – Duitsland.

Vanuit Hamburg – Duitsland werd koers gezet naar de haven van Antwerpen – België.

In de tweede week van augustus 1967 vertrok de "Willem Barendsz" met de zuiger "Reine Fabiola" op sleeptouw, vanuit de haven van Antwerpen - België naar Italië.

Eind augustus 1967 werd de zuiger "Reine Fabiola" door de "Willem Barendsz" in de haven van Venetië - Italië afgeleverd.

Vanuit de haven van Venetië - Italië zette de "Willem Barendsz" eind augustus 1967 koers naar Duinkerken - Frankrijk.

In de haven van Duinkerken - Frankrijk werd in de tweede week van september 1967, samen met de "Gelderland" het Franse booreiland "Neptune I" vastgemaakt voor een sleepreis naar Italië.

Op 12 september 1967 vertrok het transport uit de haven van Duinkerken – Frankrijk naar Italië.

De haven van Gibraltar werd aangelopen voor reparaties aan de "Neptune I".

Begin oktober 1967 vervolgden de "Willem Barendsz" en de "Gelderland" de sleepreis met de "Neptune I" vanuit de haven van Gibraltar naar Italië.

Omstreeks half oktober 1967 werd door de "Willem Barendsz" en de "Gelderland" de "Neptune I" afgeleverd in de haven van Pescara – Italië.

Na aflevering van het booreiland "Neptune I" in de haven van Pescara - Italië ging de "Willem Barendsz", half oktober 1967, via de haven van Piraeus - Griekenland onderweg naar IJmuiden.

Eind oktober 1967 arriveerde de "Willem Barendsz" in IJmuiden en werd vervolgens gedokt bij de A.D.M. in Amsterdam voor het inbouwen van een verstelbare schroef. Verder word de "Willem Barendsz" bij de A.D.M. geautomatiseerd.

Vanaf eind oktober 1967 tot half november 1967 werd de "Willem Barendsz" in Amsterdam om voorzien te worden van een verstelbare schroef. En daarna werd de "Willem Barendsz" in IJmuiden geautomatiseerd.

Eind november 1967 vertrok de "Willem Barendsz" naar Penzance – Landsend – Engeland om daar op station te gaan.

Gedurende de eerste helft van december 1967 werd de "Willem Barendsz" ingezet nabij Noorwegen in de Noordelijke Noordzee voor het verslepen van het booreiland "Ocean Traveller" naar de haven van Stavanger - Noorwegen.

Sleepboot verloor voormast – (Van onze correspondent) -

In de baai van Stavanger - Noorwegen is maandagavond 11 december de IJmuidense zeesleepboot "Willem Barendsz" van N.V. Bureau Wijsmuller aangekomen met op sleeptouw het Amerikaanse booreiland "Ocean Traveller", dat in het Noorse gedeelte van de Noordzee boringen voor Esso uitvoert.

De "Willem Barendsz" versleepte de "Ocean Traveller" samen met de West-Duitse sleepboot "Heros" uit Hamburg – Duitsland.

De bemanning van de "Willem Barendsz", die onder bevel stond van kapitein Edelenbosch uit IJmuiden, had een bijzondere ervaring op deze reis achter de rug. De sleepboot kwam op 29 november 1967 bij de "Ocean Traveller" in de Noordzee aan, maar men kon het eiland toen door het slechte weer niet op sleeptouw nemen. Het eiland bleef voor anker liggen op de locatie, waar geboord was.

Stormweer met windkracht 8 tot 10 uit Noord Westelijke richting werd meegemaakt waarbij in de avond van woensdag 6 december de voormast van de "Willem Barendsz" het plotseling begaf. De mast, waarin zich ook de radar, de antennes, de scheepsfluit en meer instrumenten bevinden scheurde bij het dek af en sloeg overboord.

De "Willem Barendsz" kon het werk echter voortzetten en nam de "Ocean Traveller" zondag 10 december op sleeptouw naar de haven van Stavanger – Noorwegen waar het transport maandagavond aankwam.

De "Willem Barendsz" bleef nog enige tijd in het hoge Noorden, daar de "Ocean Traveller" binnenkort van Stavanger naar een nieuwe boorlocatie in de Noordelijke Noordzee moet worden gesleept.

De "Willem Barendsz" zal zo spoedig mogelijk van een nieuwe voormast worden voorzien.

Gedurende de kerstdagen 1967 was de "Willem Barendsz" in de haven van IJmuiden en werd daar voorzien van een nieuwe voormast.

27 december 1967 vertrok de "Willem Barendsz", vanuit IJmuiden, weer naar Stavanger - Noorwegen om de "Ocean Traveller" vanuit de haven van Stavanger – Noorwegen naar een nieuwe boorlocatie in de Noordzee te slepen.

Door de "Willem Barendsz" werd in 1967 22.306 mijl slepend afgelegd.

1968

Samen met de "Noord Holland" en de "Thames" van Smit & Co. werd begin januari 1968 vanuit de haven van Stavanger - Noorwegen, het booreiland "Ocean Traveller" op sleeptouw genomen naar een nieuwe boorlocatie in de Noordelijke Noordzee.

Op 9 januari 1968 was de "Ocean Traveller" op haar nieuw locatie afgeleverd.

Half januari 1968 werd door de "Willem Barendsz" een baggermolen vanuit de haven van Tananger - Noorwegen naar Delfzijl gesleept.
 
Nadat van het booreiland "Sea Quest" op 15 januari 1968 op 60 mijl ten Noord Westen van Den Helder de ankerdraden waren gebroken was de "Willem Barendsz" een van de sleepboten die voor assistentie koers zetten naar het booreiland.

Door de "Sea Quest" werd echter andere (Britse) hulp geaccepteerd.

Vanuit de positie van het booreiland "Sea Quest" zette de "Willem Barendsz" weer koers naar Noorse wateren.

Op 18 januari 1968 werd weer de "Ocean Traveller" vastgemaakt die, wegens schade ontstaan door een zware storm, terug gesleept moest worden naar de haven van Stavanger - Noorwegen.

Dit transport werd uitgevoerd samen met de "Thames" van Smit & Co. en de "Gelderland".

Vanuit de haven van Stavanger – Noorwegen zette de "Willem Barendsz" koers naar de rede van Vlissingen, waar de "Willem Barendsz" op 28 januari 1968 arriveerde.

Vanaf de rede van Vlissingen zette de "Willem Barendsz" op 29 januari 1968 koers naar Dungeness – Engeland, waar de "Willem Barendsz" ter hoogte van Dungeness – Engeland op station ging.

Op 30 januari 1968 werd hulp geboden aan de Britse coaster "Hawick"(1948 – 452 Brt.) die brand in de machinekamer had gemeld. De "Hawick" werd door de Willem Barendsz" in de haven Dover - Engeland, afgeleverd.

4 februari 1968 werd de afgedankte K.N.S.M.'er "Telamon"(1946 – 2.893 Brt.) vanuit IJmuiden naar Vlissingen gesleept, waarna de "Telamon" verder werd versleept naar Burght scheeps sloperij J. de Smedt.

Na aflevering van de "Telamon" in Vlissingen verrichte de "Willem Barendsz" weer stations dienst in het oostelijk deel van het Engels Kanaal.

7 februari 1968 werd de coaster "Goteborg"(1952 – 264 Brt.) in de haven van Dover - Engeland, vastgemaakt en versleept naar de haven van Bremen - Duitsland, waar de "Willem Barendsz" op 9 februari 1968 arriveerde.

Vanuit de haven van Bremen – Duitsland zette de "Willem Barendsz" weer koers naar het oostelijk deel van het Engels Kanaal om stationsdienst te verrichten.

Op 27 en 28 februari 1968 werd het booreiland "Ocean Prince", van een positie ten noord Oosten van Great Yarmouth - Engeland, naar een nieuwe boorlocatie op de Doggersbank versleept samen met de "Utrecht".

Nadat de "Ocean Prince" op haar nieuwe locatie stond waarschuwde Oene Edelenbosch (kapitein "Willem Barendsz") dat de locatie een zeer gevaarlijke was bij slecht weer. De "Ocean Prince" stond nl. op de rand van een zandbank. Volgens de oliemaatschappij geen enkel probleem! In de nacht van 5 op 6 maart 1968 tijdens een zware storm brak, als gevolg van het stoten van een van de drijvers op de zandbank, het eiland in stukken.

Op 1 maart 1968 nam de "Willem Barendsz" in de haven van Dover - Engeland, de sleep van de "Groningen" over de zuiger "Karamat", die vanuit de haven van Lübeck - Duitsland naar Karachi - Pakistan, versleept moet worden.

De "Willem Barendsz" zal de "Karamat" verder verslepen naar het eiland Teneriffe – Canarische eilanden.

De "Willem Barendsz" versleepte de zuiger "Karamat" naar Teneriffe - Canarische eilanden, waar de "Gelderland" de "Karamat" half maart 1968 vastmaakte voor de verdere reis rond Kaap de Goede Hoop naar Karachi – Pakistan.

Van de "Gelderland" nam de "Willem Barendsz" de lepel baggermolen "Lia" en de sleepboot "Atlantico" over voor verder transport naar Italië.
 
De "Willem Barendsz" leverde eind maart 1968 de lepel baggermolen "Lia" en de sleepboot "Atlantico" af in de haven van Taranto – Italië.

Vanuit de haven van Taranto - Italië, vertrok de "Willem Barendsz" naar Skaramanga - Griekenland waar het olie-laad-platform "Suhail" werd vastgemaakt.

Vanuit de haven van Skaramanga - Griekenland, vertrokken op 1 april 1968, de "Willem Barendsz" en de "Noord-Holland", voor een 12.000 mijl lange sleepreis rond Kaap de Goede Hoop naar Mena Al Ahmadi - Koeweit in de Perzische Golf.

Op 8 mei 1968 toen het transport juist de haven van Walvisbaai - Namibië zou aanlopen, om een onderzoek in te stellen naar lekkage van de "Suhail", de ponton kwam namelijk steeds dieper te liggen in de kop.

Gooide de "Noord-Holland" los van de "Suhail" om onderweg te gaan naar de positie van de zinkende Griekse tanker "Andron"(1953 – 10.684 Brt.) op ongeveer 100 mijl ten zuiden van Walvisbaai.

De "Noord-Holland" slaagde erin de 28 opvarenden aan boord te nemen en in Walvisbaai - Namibië, aan land te brengen. De "Andron" was gezonken.

Na tien weken lang slepen over 12.000 mijl afstand arriveerden de "Willem Barendsz" en "Noord-Holland" half juni 1968 met het olie-laad-platform "Suhail" vanuit Skaramanga - Griekenland, bij Mina al Ahmadi - Koeweit in de Perzische Golf.

Nadat de sleep daar was afgeleverd, werd de "Willem Barendsz" bemanning op 17 juni 1968 per vliegtuig in Koeweit afgelost.

Na aflossing van de bemanning in Koeweit vertrok de "Willem Barendsz" naar Bahrein voor bunkers en proviand.

Na vertrek uit Bahrein werd de "Willem Barendsz" in de tweede helft van juni 1968 gestationeerd in de Perzische Golf ter hoogte van Dayir – Iran.
 
De "Willem Barendsz" versleepte begin juli 1968 de Noorse tanker "Polarsol"(1960 – 21.592 Brt.) vanuit Kharg Island - Iran, naar Bahrein.

Half juli 1968 begon de "Willem Barendsz" in Bahrein - Perzische Golf, aan een sleepreis met de Griekse tanker "Chloe"(1954 – 16.193 Brt.), via Singapore, naar Osaka - Japan.

Begin september 1968 werd de "Chloe" door de "Willem Barendsz" in de haven van Osaka - Japan afgeleverd.

Vanuit de haven van Osaka - Japan vertrok de "Willem Barendsz" naar Singapore waar de "Willem Barendsz" half september 1968 arriveerde. En op station ging.

Tot begin oktober 1968 was de "Willem Barendsz" gestationeerd te Singapore.

Begin oktober 1968 ging de "Willem Barendsz" vanuit Singapore onderweg naar Colombo - Sri Lanka, waar de "Willem Barendsz" na aankomst vanaf half oktober 1968 stations-dienst verricht.

Door de "Willem Barendsz" werd in 1968 24.816 mijl slepend afgelegd.

1969

Nadat de "Willem Barendsz" vanaf half oktober 1968 tot eind januari 1969 te Colombo - Sri Lanka stations dienst had verricht, arriveerde de "Willem Barendsz" begin februari 1969 in de haven van Doha - Qatar in de Perzische Golf.

Vanuit Doha - Qatar werd het booreiland "Six Construct" naar Daman – India gesleept.

Vervolgens werd door de "Willem Barendsz" de pijpenlegger "L. E. Minor" versleept vanuit Bahrein naar de haven van Karachi - Pakistan, waar de "Willem Barendsz" met de "L. E. Minor" op sleeptouw half februari 1969 arriveerde.

Vanaf half februari 1969 verrichte de "Willem Barendsz" weer stations-dienst in de Perzische Golf.

Eind maart 1969 werd door de "Willem Barendsz" koers gezet naar de Noordkust van Madagaskar, waar de drijvende kraan "Ta-Qatwar" van de "Gelderland", die deze vanuit uit Rotterdam heeft gehaald, werd overgenomen.

De "Willem Barendsz" sleepte de "Ta-Qatwar" door naar de haven van Chittagong - Pakistan, waar de "Willem Barendsz" op 19 april 1969 arriveerde.

Vanuit de haven van Chittagong – Pakistan ging de "Willem Barendsz" onderweg naar Singapore en vervolgens door naar Port Alberni op Vancouver Island - Canada.

De "Willem Barendsz" maakte daar eind mei 1969 het booreiland "SEDCO 135F" vast.

De "Willem Barendsz" zou de "SEDCO 135F" over de Stille Oceaan naar New Plymouth - Nieuw Zeeland slepen.

Om er een non-stop reis van te kunnen maken werd de "Willem Barendsz" tijdens deze sleepreis op zee voorzien van bunkers en proviand.

De "Noord Holland" leverde begin juli 1969 ten Zuiden van de Hawaï eilanden proviand en bunkers.

Begin augustus 1969 gaf het bevoorradingsschip "Can Tide" bunkers over en begin september 1969 werd de "Willem Barendsz" weer door de "Can Tide" bevoorraad.

De "Can Tide" en haar zusterschip "Min Tide" bleven verder vanaf begin september 1969 bij het transport.

Eind september 1969 arriveerde het transport in de haven van New Plymouth - Nieuw Zeeland, na een sleepreis van vier maanden.

Tot eind 1970, zou de "Willem Barendsz" nabij Nieuw Zeeland werkzaam blijven voor het assisteren van de "SEDCO 135F".

In 1969 werd door de "Willen Barendsz" in totaal 11.149 mijl slepend afgelegd.

1970

Heel 1970 deed de "Willem Barendsz" dienst bij het booreiland "Sedco 135F" bij New Plymouth voor de kust van Nieuw Zeeland.
 
Verbindingen werden onderhouden, ankers en boeien verplaatst en de "Sedco 135F" werd regelmatig naar andere locaties versleept.

28 augustus 1970 werd door de "Willem Barendsz" het Nieuw Zeelandse Gouvernement's vaartuig voor de visserij-inspectie "W.J. Scott" vastgemaakt, dat kampte met machineschade, en naar de Golden Bay – Tasman – Nieuw-Zeeland gebracht.

Begin september 1970 werd begonnen om de "Sedco 135F" vanuit een positie nabij New Plymouth aan de westkant van het Noordereiland naar een positie nabij Oamaru aan de oostkant van het zuid eiland.

In 1970 werd door de "Willen Barendsz" in totaal 1664 mijl slepend afgelegd.

1971

Half januari 1971 vertrok de "Willem Barendsz" na afloop van het contract met de "Sedco 135F" vanuit de haven van Dunedin - Nieuw Zeeland, voor een dok beurt naar Japan.

De "Artic" van Bugsier vervangt de "Willem Barendsz" bij de "Sedco 135F".

Vanuit Japan vertrok de "Willem Barendsz" eind februari 1971 naar Singapore, waar stations-dienst werd verricht.

Begin april 1971 versleepte de "Willem Barendsz" een bak vanuit Singapore naar Miri – Sarawak - Maleisië.

Vanuit de haven van Miri – Sarawak - Maleisië zette de "Willem Barendsz", na aflevering van haar sleep, koers naar Vung Tàu - Vietnam.
 
In de haven van Vung Tàu - Vietnam werd de snijkopzuiger "New Yersey" vast gemaakt met bestemming Saldanha Bay - bij Kaapstad - Zuid Afrika.

Begin mei 1971 werd door de "Willem Barendsz" in de haven van Port Louis - Mauritius gebunkerd en geproviandeerd.

Op 3 mei 1971 vervolgde de "Willem Barendsz", vanuit de haven van Port Louis – Mauritius, de sleepreis naar Saldanha Bay bij Kaapstad - Zuid Afrika met de zuiger "New Yersey" op sleeptouw.

Eind mei 1971 arriveerde de "Willem Barendsz" met de snijkopzuiger "New Yersey op sleeptouw in Saldanha Bay bij Kaapstad - Zuid Afrika.

Begin juni 1971 werd een onderzoek ingesteld naar de berging kansen van het Liberiaanse schip "Seatrader"(1949 – 5.670 Brt.) die op 3 juni 1971 op de rotsen was gelopen nabij Saldanha Bay – Zuid Afrika, de berging kansen bleken echter nihil.

21 juni 1971 strandde de sleepboot "Barbara"(geen gegevens gevonden) nabij Mogadishu - Somalië de "Willem Barendsz" verleende assistentie aan de "Barbara" en bracht deze weer vlot.

Vervolgens zet de "Willem Barendsz" koers naar de positie van de "Gelderland" die bezig was met de berging van de tanker "Violanda"(1958 – 26.556 Brt.).

Deze Liberiaanse tanker was door de bemanning verlaten nadat de machinekamer door lekkage was vol gestroomd, enige honderden mijlen ten Noord Oosten van Socotra eiland - Jemen.

De "Violanda" werd naar de Golf van Oman gesleept door de "Gelderland" en de "Albatross" waar een bergingsploeg uit IJmuiden aan boord ging.

Hierna werd de "Violanda" naar Dubai gesleept waar het transport op 25 juni 1971 arriveerde.

Vanaf die datum was de Willem Barendsz een aantal dagen stand-by toen de lading van de "Violanda" werd overgepompt in de Griekse tanker "Attica"(1960 – 29.741 Brt.).

Nadat deze berging was voltooid vertrok de "Willem Barendsz" uit de Golf van Oman naar Mombasa - Kenia, waar ze op 7 juli 1972 arriveerde en een deel van de bemanning werd afgelost.

Op 12 juli 1971 arriveerde de "Willem Barendsz" in de haven van Mogadishu - Somalië, om daar een kraan bak vast te maken.

Op 18 Juli 1971 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Mogadishu - Somalië met een kraanbak op sleeptouw naar ?.

Op 11 augustus 1971 vertrokken de "Gelderland" en de "Willem Barendsz" met de "Violanda" op sleeptouw vanuit Dubai naar Singapore.

18 augustus 1971 verliet de "Gelderland" het konvooi en zette koers naar Hongkong voor bunkers en proviand.

20 augustus maakte de "Gelderland" weer vast op de "Violanda".

3 september 1971 arriveerden de "Gelderland" en de "Willem Barendsz" met de "Violanda" op sleeptouw vanuit Dubai op de rede van Singapore.

September 1971 verrichte de "Willem Barendsz" stations-dienst nabij Penang - Maleisië.

8 september 1971 waren de familieleden van de opvarenden "Willem Barendsz", "Groningen" en "Gelderland" aanwezig bij de Wereldomroep om in de uitzending de familie aan boord de groeten te kunnen doen.

Het Griekse vrachtschip "Pationik"(1956 – 6.040 Brt.) strandde op 29 september 1971 op de positie 21.45 Noord en 90.32.30 Oost nabij Ruther Bar – Pakistan.

Op basis van een dag vergoeding assisteert de "Willem Barendsz" de "Pationik" 10 dagen lang.

Op 8 november 1971 lag de "Willem Barendsz" op de rede van Singapore en werd een deel van de bemanning afgelost.

1972

De "Jacob van Heemskerck" en de "Friesland" waren op 18 december 1971 vanuit de haven van Port Arthur - Verenigde Staten vertrokken met het booreiland "Stormdrill" op sleeptouw naar Nigeria.

Op 12 februari 1972 loste de "Utrecht" de "Friesland" af bij de sleepreis met het booreiland "Stormdrill".

17 februari 1972 werd de "Utrecht" weer afgelost door de "Willem Barendsz" die de "Jacob van Heemskerck" verder assisteerde met het verslepen van het booreiland "Stromdrill".

18 April 1972 arriveerden de "Willem Barendsz" en de "Jacob van Heemskerck" met het booreiland "Stromdrill 7" op de rede van Port Gentil - Gabon.

De "Willem Barendsz" maakte op 31 mei 1972 de "Evgenia"(geen gegevens), die kampte met machine problemen, vast en naar de haven van Kaapstad - Zuid Afrika te verslepen, waar het transport begin juni 1972 arriveerde.

Midden maart 1972 had de "Gelderland" de opdracht gekregen om de pijpenlegger "Saipem Catoro I" vanuit Bushire - Iran naar Barcelona – Spanje te verslepen.

De "Gelderland" zou het eerste deel van de sleepreis maken en de "Saipem Catoro I" ter hoogte van Madagaskar overgeven aan de "Willem Barendsz".

Begin juni 1972 werd de "Saipem Catoro I" over genomen door de "Willem Barendsz".

Op 16 augustus 1972 werd de "Willem Barendsz" door de "Jacob van Heemskerck" van bunkers voorzien.

Nadat de "Saipem Catoro I", op 29 augustus 1972, was afgeleverd in de haven van Barcelona – Spanje keerde de "Willem Barendsz" terug naar Nederland.

5 oktober 1972 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Rotterdam naar IJmuiden.

9 Oktober 1972 lag de "Willem Barendsz" in de haven van Rotterdam.

Op 2e kerstdag 1972 lag de "Willem Barendsz" in de haven van Ravenna - Italië.

1973

In de haven van Ravanna - Italië assisteerde de "Willem Barendsz" de ponton "H 102" van Heerema die beladen werd met Offshore materiaal.

Na belading werd de "H 102" door de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Ravanna - Italië versleept naar Rotterdam.

2 april 1973 werd door de "Willem Barendsz" het booreiland "Rowan New Orleans" vastgemaakt bij de Oostkust van Honduras voor een sleepreis naar de Perzische Golf.

3 april 1973 zet de "Groningen" vanuit Lissabon - Portugal, koers naar de positie van de "Willem Barendsz".

15 april 1973 maakt ook de "Groningen" vast op de "Rowan New Orleans" en werd samen met de "Willem Barendsz" de reis vervolgd met bestemming de Perzische Golf.

18 april 1973 gooide de "Groningen" het booreiland weer weer los en ging bunkeren op Barbados.

Na terugkeer op 22 april 1973 bij de "Willem Barendsz" werd door de "Groningen" bunkers overgegeven aan de "Willem Barendsz" en weer vastgemaakt op de "Rowan New Orleans".

13 mei 1973 gooide de "Groningen" het booreiland weer los en zette koers naar Freetown - Sierra Leone, om weer te bunkeren.

Na terugkeer op 16 mei 1973 bij de "Willem Barendsz" werd door de "Groningen" weer bunkers overgegeven aan de "Willem Barendsz" en weer vastgemaakt op de "Rowan New Orleans".

8 juni 1973 gooide de "Groningen" het booreiland weer los en zette koers naar Walvisbaai - Namibië, om weer te bunkeren.

Na terugkeer op 12 juni 1973 bij de "Willem Barendsz" werd door de "Groningen" weer bunkers overgegeven aan de "Willem Barendsz" en weer vastgemaakt op de "Rowan New Orleans".

Zondag 17 juni 1973 de "Groningen" gooide het booreiland weer los omdat er een ketting moet worden vervangen van de op de sleep-spruit. En werd daarna weer vast gemaakt.

19 juni 1973 brak tijdens slecht weer, windkracht 11 tot 12 de sleepverbinding van de "Groningen" en zette de "Willem Barendsz" met de sleep koers naar Walvisbaai - Namibië, omdat ook de "Rowan New Orleans" tijdens de storm schade opliep aan haar poten.

Op 22 juni 1973 slaagde de "Groningen" er in om weer vast te maken op de "Rowan New Orleans".

26 juni 1973 arriveerde het transport bij Walvisbaai - Namibië, waar de "Rowan New Orleans" op haar poten werd gezet voor herstel van de schade.

Van de "Rowan New Orleans" werden de poten, waarin scheuren waren ontstaan, ingekort.

De bemanning werd in Walvisbaai – Namibië nog onthaald op een braaivlees avond door de broer van Hugo Hennevanger die in Walvisbaai – Namibië woonde.

En in Walvisbaai werd een deel van de bemanning afgelost.

Na lang wachten kon de sleepreis met de "Rowan New Orleans" op 18 juli 1973 worden vervolgd richting Durban – Zuid Afrika.

Op 23 juli 1973 zette het transport weer, wegens aanhoudend slecht weer, koers naar Walvisbaai – Namibië.

25 juli 1973 is het weer zodanig verbeterd dat er weer richting Kaap de Goede hoop kon worden gekoerst.

13 augustus 1973 gooide de "Groningen" het booreiland weer los en vertrok naar Durban - Zuid Afrika, voor bunkers en proviand. En na terugkeer kreeg de "Willem Barendsz" weer bunkers en proviand van de "Groningen".

23 augustus 1973 ging de "Groningen" weer bunkeren in Mombassa - Kenia, en gaf na terug keer op 25 augustus 1973 weer bunkers over aan de "Willem Barendsz".

Dinsdag 11 september 1973 arriveerden de "Groningen" en de "Willem Barendsz" met de "Rowan New Orleans" op de plaats van bestemming in de Perzische Golf.

Na het afleveren van de met de "Rowan New Orleans" werd koers gezet naar Bahrein voor bunkers en werd op 13 september 1973 een deel van de bemanning afgelost.

1 augustus 1973 brak het containerschip "Neptune Sapphire"(1973 – 7.809 Brt.) tijdens zwaar weer door een z.g. monster golf in twee stukken op ca. 15 mijl ten Zuiden van Cape Hermes - Zuid Afrika.

Het achterschip van de "Neptune Sapphire" werd door de "Barendsz Zee" van Smit & Co. geborgen en naar de haven van East London - Zuid Afrika gesleept.

Na het lossen van de lading van de "Neptune Sapphire" in de haven van East London - Zuid Afrika, werd het achterschip van de "Neptune Sapphire" door de "Willem Barendsz" naar Finland gesleept. Waar de "Neptune Sapphire" van een nieuw voorschip werd voorzien.

16 november 1973 arriveerde de "Willem Barendsz" vanuit de haven van IJmuiden in Rotterdam.

Vanaf 19 november 1973 tot 21 november 1973 assisteerde de "Willem Barendsz" de sleepboot "Bever", die de "Saipem Castoro IX" op sleeptouw had.

Vanaf 21 november 1974 versleepte de "Willem Barendsz" samen met de "Thor Beaver", vanuit de Noordzee het booreiland "Ocean Rover" via Firth of Moray – Engeland naar een nieuwe locatie.

Op 20 december 1974 arriveerde de "Willem Barendsz" vanaf de Noordzee in de haven van Stavanger – Noorwegen.

Vanuit de haven van Stavanger – Noorwegen vertrok de "Willem Barendsz" richting van het Engels kanaal om daar stations-dienst te verrichten.

In de kerstnacht 26 december 1973 strandde de, met 122.000 ton ijzererts geladen, ertstanker "Elwood Mead"(1973 – 59.193 Brt.) op de rotsen van Les Grunes de l'Ouest – Guernsey en werd driekwart van haar dubbele bodem opengereten.

De "Elwood Mead" lag muurvast op de rotsen. Schip en lading vertegenwoordigden een waarde van 85 miljoen gulden (bijna 40 miljoen euro). De berging werd door de rederij van de "Elwood Mead", rederij United International Bulkcarriers gegund aan Wijsmuller en kon de "Willem Barendsz" aan het karwei beginnen.

Bergingsploegen en materiaal werden met twee vliegtuigen overgevlogen.

Nadat de ruimen van de "Elwood Mead" waren volgepompt met lucht probeerde de "Willem Barendsz" de "Elwood Mead" vlot te trekken: het schip bewoog geen duimbreed. Het zou een zwaar karwei worden en dreigde zelfs te mislukken omdat een grote rotspunt, door de bodem heen, in het ruim stak.

1974

Op 26 januari 1974 maakte de "Willem Barendsz" de Deense coaster "Sea Bird"(1967 – 399 Brt.) vast die op 6 mijl ten Zuiden van Dungeness - Engeland kampte met een motor storing.

De "Willem Barendsz" sleepte de "Sea Bird" naar de haven van Boulogne - Frankrijk, waar het transport op 29 januari 1974 arriveerden.

Ook was er melding van het stranden van de bulkcarrier "Rachel"(1968 – 11.659 Brt) op 30 januari 1974. Waar is niet bekend en de rol van de "Willem Barendsz" hierbij ook niet. Als er iemand iets weet dan hoor ik dat graag.

10 februari 1974 verzocht het Deense Containerschip "Falstria"(1971 – 20.187 Brt.) om sleepboot hulp daar zij haar roer had verloren op 40 mijl ten Zuiden van Cork - Ierland.

Op 11 februari 1974 maakt de "Utrecht" de "Falstria", op basis van Lloyds Open Form, vast tijdens zeer slecht weer en zette koers richting Engels Kanaal.

In het Engels Kanaal maakte ook de "Willem Barendsz" vast op de "Falstria" en werd koers gezet naar de haven van Hamburg – Duitsland.

17 februari 1974 vertrok de "Willem Barendsz", nadat de "Falstria" was afgeleverd, vanuit de haven van Hamburg – Duitsland weer naar Guernsey waar de "Willem Barendsz" op 19 februari aanwezig was.

De "Willem Barendsz" escorteerde de "SCH 196 Noordzee"(1967 – 362 Brt.) vanaf Eddystone - Engeland tot Casquets - Frankrijk. Waarom en waarvoor ??

Nadat een deel van de lading van de "Elwood Mead" (25.000 ton) met water vermengd overboord was gepompt probeerde, met de inmiddels ook ter plaatse gekomen "Jacob van Heemskerk", "Gelderland", "Utrecht" en "Cycloop", - alles bij elkaar zo'n slordige 23.000 pk - de "Willem Barendsz" op 24 februari 1974 de "Elwood Mead" vlot te brengen en slaagde daarin. Nadat de "Elwood Mead" vlot was gekomen werd ze naar een baai van Guernsey gesleept voor duik onderzoek.

Hierna kon de "Elwood Mead" naar Rotterdam worden gesleept om de nog resterende 100.000 ton ijzererts te lossen.

8 maart 1974 vertrok de "Willem Barendsz", na aflevering van de "Elwood Mead", vanuit Rotterdam naar IJmuiden.

2 mei 1974 assisteerde de "Willem Barendsz" de laybarg "M 41" op de positie 54 09Noord en 03 32 Oost.

Op 26 mei 1974 arriveerde de "Willem Barendsz", met de laybarg "M 41" op sleeptouw, vanaf de Noordzee in de haven van Cherbourg – Frankrijk.

De Deense coaster "Janne Maria"(1963 – 338 Brt.) meldde op 5 juni 1974 machine problemen op 70 mijl ten Zuiden van Landsend – Engeland.

De "Willem Barendsz" arriveerde op 5 juni om 21.30 uur op de positie van de "Janne Maria" en maakte deze vast en versleepte haar naar de haven van Plymouth - Engeland, waar het transport op 6 juni 1974 om 9.15 uur arriveerde.

30 juni 1974 liep het Amerikaanse fregat "Julius A. Furer", op volle kracht varende, op 5 mijl West van Den Helder aan de grond.

De "Cycloop" en de "Titan" ondernamen een poging om de "Julius A. Furer" vlot te brengen.

De "Utrecht", op dat moment in het zuidelijke deel van het Engels Kanaal, en de "Willem Barendsz", die onderweg was naar IJmuiden voor onderhoud, worden ook naar de strandings plaats van de "Julius A. Furer" gedirigeerd.

Uiteindelijk werd de "Julius A. Furer" door de "Cycloop", "Titan", "Willem Barendsz" en "Utrecht" op 1 juli 1974 vlot gebracht.

Op 10 juli 1974 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Cherbourg – Frankrijk, met de laybarg "M 41" beladen met een jacket, op sleeptouw naar de Noordzee.

16 juli 1974 werd vanaf de laybarg "M 41" het jacket geplaatst op de Noordzee, waarna de "Willem Barendsz" de laybarg "M 41", via de haven van Stavanger – Noorwegen versleepte naar Amsterdam.

Het bergingsloon voor het weer vlot brengen van de "Julius A. Furer" bedroeg, na arbitrage, $ 175.000.

Op 4 augustus 1974 maakte de "Willem Barendsz" het jacht "Santa Maria" vast op 6 mijl Noord Oost van West Hinder lichtschip.

De "Santa Maria" lag daar te drijven met een gebroken krukas en werd door de "Willem Barendsz" naar de haven van Oostende - België gesleept.

OP 6 augustus 1974 vertrok de "Willem Barendsz", vanuit de haven van Bremen – Duitsland, met een droogdok van 6.000 ton op sleeptouw naar Alexandrië – Egypte.

Na aflevering van het droogdok zette de "Willem Barendsz" koers naar de Perzische Golf waar ze bij Dubai – Verenigde Arabische Emiraten stations-dienst verrichte.

Met het hefeiland "Interbeton IB 901", op sleeptouw, vertrok de "Willem Barendsz" op 19 oktober 1974 vanuit Schiedam naar Aruba.

Op 21 november 1974 arriveerde de "Willem Barendsz" met het Hefeiland "Interbeton IB 901" op sleeptouw in de haven van Willemstad - Aruba.

1975

7 januari 1975 slaagde de "Willem Barendsz" er in de op op 23 december 1974 op de Orinoco rivier gestrande Liberiaanse bulkcarrier "Ploto"(1968 – 35.191 Brt.) met een lading van 55.000 ton ijzererts, weer vlot te brengen met assistentie van de sleepboten "Donna Maria" en "Los Cocos".

Na deze berging vertrok de "Willem Barendsz" naar Curaçao, waar de "Willem Barendsz" op 15 januari arriveerde, voor bunkers en aflos van een deel van de bemanning.

Vanuit Curaçao ging de "Willem Barendsz" stations-dienst verrichten nabij Antigua

Eind februari 1975 vertrok de "Willem Barendsz" vanaf haar stations plek naar Key West – Florida - Verenigde Staten, waar de de "Cunard Ambassador"(1972 – 14.160 Brt.) werd vastgemaakt.

De "Willem Barendsz" versleepte de "Cunard Ambassador" vanuit de haven van Key West – Florida - Verenigde Staten naar Landskrona - Zweden, waar de "Cunard Ambassador" verbouwd/hersteld zou worden.

Aan boord van de "Cunard Ambassador" was op 12 september 1974 brand uitgebroken in de machinekamer en was door de sleepboot "Cable" naar Key West – Florida - Verenigde Staten gesleept.

Tijdens de sleepreis met de "Cunard Ambassador" naar Zweden werd de haven van St. Johns - Bermuda aangelopen voor reparaties aan de hoofdmotoren van de "Willem Barendsz", die 4 dagen duren.

Nadat de "Cunard Ambassador" was afgeleverd in de haven van Landskrona - Zweden brak een van de runners zijn been, tijdens het weer overnemen van de sleepspruit vanaf de "Cunard Ambassador" kreeg hij deze tegen zijn benen.

Vanuit de haven van Landskrona - Zweden zette de "Willem Barendsz" koers naar IJmuiden en ging de "Willem Barendsz" na aankomst op 6 mei 1975 in het dok bij de A.D.M. De "Willem Barendsz" kreeg daar de nieuwe huiskleuren, blauwe schoorsteen en het nieuwe logo werd aangebracht.

Vanuit IJmuiden versleepte de "Willem Barendsz" vervolgens de Zuiger "Ardea" naar Delfzijl.

Daarna werd de bak "G.W. 183" versleept vanuit de haven van Sunderland - Engeland naar Southampton - Engeland.

De "Willem Barendsz" kwam daarna in charter van Brown and Root, voor diverse werkzaamheden op de Noordzee.

Vanuit IJmuiden versleepte de "Willem Barendsz" de bakkenzuiger "Aquilla" naar Delfzijl.

De "Willem Barendsz" werd gecharterd door Oceanic Contractors voor diverse werkzaamheden op de Noordzee.

Waaronder het verslepen van het booreiland "Ocean Tide" vanuit Block L7 op de Noordzee naar Rotterdam.

Vanuit IJmuiden vertrok de "Willem Barendsz" op 25 mei 1975, met de ponton "Micoperi 41" op sleeptouw, naar Cherbourg - Frankrijk.

Eind mei 1975 arriveerde de "Willem Barendsz" in de haven van Cherbourg - Frankrijk, met de ponton "Micoperi 41" op sleeptouw die in de haven van Cherbourg - Frankrijk, beladen zal worden met een jacket met bestemming de Noordzee.

Na 44 dagen wachten was de "Micoperi 41" beladen met het jacket en kon het transport eindelijk vertrekken, samen met de "Sinni" van ITC, vertrok het transport op 10 juli 1975 naar de Noordzee.

Waar het transport op 15 juli 1975 arriveerde op de plaats van bestemming. En werd het jacket op 16 juli 1975 gelanceerd vanaf de ponton "Micoperi 41".
 
Hierna werd de "Micoperi 41" door de "Willem Barendsz" naar de haven van Stavanger - Noorwegen gesleept voor verdere lossing van materiaal.

Vanuit de haven van Stavanger - Noorwegen arriveerde de "Willem Barendsz" met de "Micoperi 41" in IJmuiden.

6 augustus 1975 maakte de "Willem Barendsz" slechts 1 uur na de tewaterlating een 6000 tons dok vast. En vertrok vanuit de haven van Nordenham - Duitsland met bestemming Alexandrië - Egypte.

Eind augustus 1975 leverde de "Willem Barendsz" het dok af in de haven van Alexandrië - Egypte.

September 1975 werd het booreiland "Offshore Saturn" versleept vanuit een positie ter hoogte van Masirah Island - Oman naar de haven van Abu Dhabi - Verenigde Arabische Emiraten. Deze Rig-Move werd samen met de "Groningen" uitgevoerd.

Na aflevering van het booreiland "Offshore Saturn" ging de "Willem Barendsz" op stations nabij Dubai – Verenigde Arabische Emiraten.

Op 8 oktober 1975 kreeg de "Willem Barendsz", tijdens haar stations-dienst nabij Dubai – Verenigde Arabische Emiraten, opdracht op te stomen naar de positie van de Griekse tanker "Amolyntos"(1956 - 20.899 Brt).

De vermoedelijk met machineschade kampende "Amolyntos" was 80 mijl van Dubai – Verenigde Arabische Emiraten, in de Straat van Hormuz, voor anker gegaan.

Na aankomst op de positie van de "Amolyntos" vernam kapitein Handgraaf per megafoon dat de "Amolyntos" geen enkele sleepboothulp nodig had, maar daarentegen wel een verplaatsbare pomp en lucht om een hulp-generator te starten.

Na overleg met de betrokken partijen werd besloten de gevraagde materialen aan boord te zetten.

Toen bleek dat er ongeveer 6 voet water in de machinekamer stond met als gevolg dat diverse elektromotoren zich onder water bevonden.

Ook bleek de "Amolyntos" totaal geen vermogen meer te hebben om het water weg te pompen.

Bergingspompen en slangen werden overgezet en in werking gesteld om het water in de machinekamer op eenzelfde niveau te houden totdat voldoende chemicaliën aanwezig zouden zijn om de droog komende installaties te kunnen conserveren.

Deze chemicaliën zouden met de inmiddels uitgevlogen bergingsploeg meekomen, die in de nacht van 10 op 11 oktober 1975 verwacht werd.

Tot hun komst werd constant doorgepompt om het water op peil te houden terwijl op 10 oktober 1975 nog twee dieselgeneratoren aan boord van de "Amolyntos" geplaatst werden om zodoende voor enige verlichting in de machinekamer te zorgen.

Op 11 oktober 1975 om 2 uur 's nachts arriveerde de bergingsploeg en startte, na het nuttigen van een warme hap, met het leegpompen van de machinekamer en met het schoonmaken van het bedrijf dat onder water had gestaan.

Ook vonden reparatiewerkzaamheden plaats aan de hulpdiesel.

Vanaf de "Willem Barendsz" werd een luchtaansluiting gemaakt voor de verstuivers, waardoor het conserveringsmiddel op de te behandelen elektromotoren kon worden gespoten.

Zodra de schroefastunnel tot op de plaat droog was werd elektrische verlichting in de tunnel en in de ruimte onder de ketels aangebracht. Geconstateerd werd dat de lekkage via de schroefasgland wel meeviel.

Onafgebroken werd doorgegaan met schoonmaak- en conserveringswerkzaamheden.

Een bibo-pomp werd ingezet om de waterafvoer-capaciteit te vergroten. Nadat ook de plaat onder het ketelruim droog kwam, werd een afgebroken leiding ontdekt, waaruit het water met grote kracht omhoog spoot.

Door het dichtslaan van de bewuste leiding en het inbrengen van een prop werd deze lekkage bestreden.

De vrijgekomen elektromotoren onder het ketelruim werden nu schoongemaakt
en geconserveerd.

Al in de middag van de 11de oktober 1975 werd de hulp dieselgenerator aan boord van de "Amolyntos" gestart. Deze moest echter een paar uur later worden gestopt vanwege moeilijkheden met het koelsysteem.

Nadat dit euvel verholpen was werd de generator weer gestart en gedurende de nacht van 11 op 12 oktober door motorist Beentjes in de gaten gehouden.

Bij het krieken van de dag werden de werkzaamheden voor het op gang brengen van het bedrijf hervat. Nog enkele ernstige lekkages kwamen te voorschijn bij het verder droog komen van de machinekamer-Bilges.

Maandag 13 oktober 1975 werd benut voor diverse werkzaamheden.

In de vroege ochtend van 14 oktober werden enkele branders in de ketel ontstoken om het stoombedrijf weer op gang te brengen.

Ook werden alle lekkages in de machinekamer tot een minimum teruggebracht en de "Amolyntos" klaargemaakt om naar de rede van Dubai – Verenigde Arabische Emiraten gesleept te worden.

's Avonds werd voor de eerste maal de turbogenerator gestart. Overeengekomen werd om de volgende dag het bedrijf dusdanig klaar te maken dat het anker gehieuwd kon worden en de sleepreis naar de rede van Dubai – Verenigde Arabische Emiraten zou kunnen beginnen.

Alles verliep volgens plan en in de morgen van 16 oktober werd de "Amolyntos" door de "Willem Barendsz", op een voor haar veilige ankerplaats afgeleverd.

De berging werd uitgevoerd op basis Lloyd's Open Form 'No Cure - No Pay'.

De "Amolyntos" was waarschijnlijk, tijdens de bergings werkzaamheden, al bezig met haar laatste reis want op 15 december 1975 werd ze gesloopt in Kaohsiung – Taiwan.

Na aflevering van de "Amolyntos" verrichte de "Willem Barendsz" weer stations-dienst nabij Dubai – Verenigde Arabische Emiraten.

15 november 1975 zette de "Willem Barendsz" koers naar de positie van het Griekse vrachtschip "Acritas"(1971 – 9.868 Brt.) die met een gebroken schroefas lag te drijven op 85 mijl ten Noorden van de kust van Muscat - Oman.

16 november 1975 werd de "Acritas" vastgemaakt en op 19 november 1975 afgeleverd in de haven van Karachi - Pakistan.

Na aflevering van de "Acritas" werd door de "Willem Barendsz" weer vanaf 22 november 1975 het station te Dubai – Verenigde Arabische Emiraten bezet.

9 december 1975 werd in de haven van Dubai – Verenigde Arabische Emiraten een deel van de bemanning van de "Willem Barendsz" afgelost.

1976
 
1 januari 1976 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit Dubai - Verenigde Arabische Emiraten naar Bahrein.

In Bahrein werd door de "Willem Barendsz" de zuiger "Beverwijk 38" vastgemaakt voor een sleepreis naar Jubail - Saudi Arabië.

Op 4 januari 1976 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit Bahrein naar Jubail - Saudi Arabië, met de "Beverwijk 38" op sleeptouw.

5 januari 1976 leverde de "Willem Barendsz" de "Beverwijk 38" af in de haven van Jubail - Saudi Arabië. En maakte daar de zuiger "Beverwijk 39" vast die versleept moest worden naar Ras Al Khaymah - Verenigde Arabische Emiraten.

7 januari 1976 werd de "Beverwijk 39" afgeleverd in de haven van Ras Al Khaymah - Verenigde Arabische Emiraten en vertrok de "Willem Barendsz" weer naar haar station bij Dubai - Verenigde Arabische Emiraten.

17 januari 1976 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit Dubai - Verenigde Arabische Emiraten naar Ras Tanura - Saudi Arabië, om de drilltender "Leo M Clark" vast te maken voor een sleepreis naar New Orleans - Verenigde Staten.

21 januari 1976 vertrok de "Willem Barendsz" met haar sleep, de drilltender "Leo M Clark" via Dubai - Verenigde Arabische Emiraten en Funchal - Madeira naar New Orleans - Verenigde Staten.

13 maart 1976 gaf de "Willem Barendsz", op een positie ter hoogte van Puerto Rico, de drilltender "Leo M Clark" over aan de "Utrecht" voor de verdere sleepreis naar New Orleans – Verenigde Staten.

De "Willem Barendsz" zette koers naar San Juan - Porto Rico en probeerde daar om nog wat materiaal van het wrak van de "Gelderland" te halen, die daar op 2 maart 1976 was vergaan.

Vanuit de haven van San Juan - Porto Rico vertrok de "Willem Barendsz" op 16 maart 1976 naar IJmuiden.

Op 19 maart 1976 wijzigde de "Willem Barendsz" haar koers naar de positie van de "Gardenia"(geen gegevens) die had gemeld dat ze met machineschade lag op de positie 33.00 Noord en 047.20 West. Een vergeefse reis de "Gardenia" had geen assistentie nodig.

Op 31 maart 1976 arriveerde de "Willem Barendsz" in de haven van IJmuiden.

Vanaf april 1976 verrichte de "Willem Barendsz", in charter van Heerema, werkzaamheden op de Noordzee. Dit charter zou tot en met februari 1977 duren.

Op 31 april 1976 lag de "Willem Barendsz" in de haven van IJmuiden.

20 augustus 1976 lag de "Willem Barendsz" met een ponton in de haven van Rotterdam.

12 september 1976 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Rotterdam naar zee.

23 september 1976 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Rotterdam naar zee.

Op 27 december 1976 arriveerde de "Willem Barendsz" in de haven van Glasgow – Engeland.

1977

26 januari 1977 bevond de "Willem Barendsz" zich in de Ierse Zee onderweg naar Glasgow – Engeland.

Eind februari 1977 eindigt het charter contract van de "Willem Barendsz" bij Heerema.

18 maart 1977 was de "Willem Barendsz" in IJmuiden en werd een deel van de bemanning afgelost.

Vanuit IJmuiden zette de "Willem Barendsz" koers naar de haven van Hamburg – Duitsland en nam daar de "Ocean Servant 1" over van de "Tempest" die de "Ocean Servant 1" vanuit IJmuiden naar Hamburg – Duitsland had versleept.

In de haven van Hamburg – Duitsland werden de "Willem Barendsz" en "Ocean Servant 1" uitgerust met telemetrie, zodat de "Ocean Servant 1" vanaf de "Willem Barendsz" bestuurd kon worden. Dit was uniek en had nogal wat kinderziektes als gevolg waardoor onder andere de motoren aan boord van de "Ocean Servant 1" nog weleens uitvielen.

Vanuit de haven van Hamburg – Duitsland vertrok de "Willem Barendsz" met de "Ocean Servant 1", die was beladen met de "Gem 251" een kraan-bak met 8 poten, naar Dubai - Verenigde Arabische Emiraten.

In de Rode Zee werd de "Willem Barendsz" in de tweede helft van april 1977, door de "Groningen" voorzien van post en bunkers.

Begin mei 1977 arriveert de, met de "Gem 251" beladen, "Ocean Servant 1" gesleept door de "Willem Barendsz" op de rede van Dubai - Verenigde Arabische Emiraten.

Nadat de "Gem 251" was gelost werd de "Ocean Servant 1" door de "Willem Barendsz" versleept naar Bahrein voor het laden van de zuiger "Port Sunlight" en baggermateriaal met bestemming Karachi - Pakistan.

Na lossing in de haven van Karachi - Pakistan werd de "Ocean Servant 1" door de "Willem Barendsz" versleept naar Singapore, waar ze werd beladen met de zuiger "Gulf" (105 X 21 X 5,5 meter) en baggermateriaal met bestemming Umm Said - Al Wakrah - Qatar in de Perzische Golf.

De "Willem Barendsz" vertrok juni 1977 met de met baggermateriaal geladen "Ocean Servant l" vanuit Singapore naar Umm Said - Al Wakrah - Qatar.

Na lossing van de "Ocean Servant 1" in de haven van Umm Said - Al Wakrah – Qatar werd door de "Willem Barendsz", met de "Ocean Servant 1" op sleeptouw, koers gezet naar Rotterdam.

Op 26 juli 1977 was de "Willem Barendsz" in de haven van Djedda – Saudi Arabië waar een deel van de bemanning werd afgelost.

De "Willem Barendsz" vertrok 31 augustus 1977 vanuit de haven van IJmuiden naar Schiedam.

September 1977 vertrok de "Willem Barendsz" met de in Schiedam, in opdracht van Adriaan Volker Baggermaatschappij, beladen "Ocean Servant l" naar Jubail – Saudi Arabië.

De "Ocean Servant l" was beladen met twee werkboten, twee met vaten beladen splijtbakken en de grootste ooit in Europa gebouwde lepel baggermolen.

Begin oktober 1977 arriveerde de "Willem Barendsz" met de "Ocean Servant l" op sleeptouw in de haven van Jubail – Saudi Arabië.

Vanuit de haven van Jubail – Saudi Arabië versleepte de "Willem Barendsz" de "Ocean Servant l" naar Muscat - Oman. En vanuit Muscat - Oman naar Bahrein.

Na aflevering van de "Ocean Servant l" in Bahrein verrichte de "Willem Barendsz" stations-dienst ter hoogte van Muscat - Oman.

Op 3 november 1977 werd in de haven van Dubai – Verenigde Arabische Emiraten een deel van de bemanning van de "Willem Barendsz" afgelost.

1978

De "Willem Barendsz" vertrok begin januari 1978 met de "Ocean Servant l" vanuit Bahrein naar Abu Dhabi - Verenigde Arabische Emiraten.

De "Willem Barendsz" vertrok vanuit de haven van Abu Dhabi - Verenigde Arabische Emiraten met de daar beladen "Ocean Servant l" naar Kuantan - Maleisië.

Vanuit de haven van Kuantan - Maleisië vertrok de "Willem Barendsz" met de "Ocean Servant l" op sleeptouw naar Singapore, waar de "Ocean Servant l" beladen werd met bagger materiaal met de bestemming Moij - Japan.

Op 23 februari 1978 lag de "Willem Barendsz" te Singapore en werd een deel van de bemanning afgelost.

Eind maart 1978 is de "Willem Barendsz", weer met de "Ocean Servant l" onderweg vanuit de haven van Moij – Japan naar Singapore voor het ophalen van een nieuwe lading voor de "Ocean Servant l".

In Singapore werd de "Ocean Servant l" geladen met baggermateriaal met bestemming Suez - Egypte.

Mei 1978 vertrok de "Willem Barendsz", met de "Ocean Servant l" op sleeptouw, vanuit Singapore naar Suez – Egypte.

In de tweede helft van mei 1978 heeft de "Jacob van Heemskerck" de "Willem Barendsz" die slepende was met de beladen "Ocean Servant l" geassisteerd tijdens haar sleepreis door moesson gebied.

Na aankomst van de "Ocean Servant l" door de "Willem Barendsz" in de haven van Suez – Egypte waar de "Ocean Servant l" werd gelost.

Vanuit Suez – Egypte versleepte de "Willem Barendsz" de Ocean Servant l" weer naar Umm Qasr - Irak.

In de haven van Umm Qasr - Irak, werd de "Ocean Servant l", na aankomst, geladen met baggermateriaal met bestemming Suez – Egypte.
 
Vanuit de haven van Umm Qasr - Irak versleepte de "Willem Barendsz", juli 1978, de "Ocean Servant l" van Umm Qasr - Irak weer naar Suez - Egypte.

Nadat de "Ocean Servant l" was gelost werden de "Willem Barendsz", "Jacob van Heemskerck" en de "Ocean Servant l" eind juli begin augustus 1978 ingezet bij de berging van het vrachtschip "Helena l"(1963 – 11.575 Brt.).

De "Helena l" was 20 juli 1978 gestrand nabij de Golf van Akaba. Op 4 augustus 1978 werd de "Helena l", nadat een deel van de lading was gelost op de "Ocean Servant l" vlot gebracht en versleept naar de haven van Eilat - Israël.

Na de berging van de "Helena I" werd de "Ocean Servant 1" door de "Willem Barendsz" in augustus 1978 naar Singapore versleept voor het ophalen van baggermateriaal met bestemming Bandar Abbas – Iran.

Omstreeks 11 september 1978 werd een deel van de bemanning van de "Willem Barendsz" afgelost in Singapore.

19 september 1978 vertrok de "Willem Barendsz" met de "Ocean Servant 1" vanuit Singapore naar Bandar Abbas – Iran in de Perzische Golf.

Tijdens deze sleepreis werd de haven van Colombo – Sri Lanka aangedaan voor reparaties aan boord van de "Ocean Servant 1", omdat de steunen waarmee de kranen aan boord vast stonden waren gescheurd.

Na lossing in de haven van Bandar Abbas – Iran werd de "Ocean Servant 1" door de "Willem Barendsz" versleept naar Umm Said - Al Wakrah - Qatar om daar beladen te worden met baggermateriaal met bestemming Suez – Egypte.

December 1978 arriveerde de "Willem Barendsz" met de "Ocean Servant 1" op de rede van Suez – Egypte na in Umm Said - Al Wakrah - Qatar beladen te zijn met baggermateriaal.

Nadat de "Ocean Servant 1" was gelost lagen de "Willem Barendsz" en de "Ocean Servant l", December 1978, op de rede van Suez - Egypte in afwachting van volgend emplooi.

1979

Begin 1979 vertrok de "Willem Barendsz", met de "Ocean Servant l" op sleeptouw, vanaf de rede van Suez - Egypte naar Djedda - Saudi-Arabië.

De "Willem Barendsz" versleepte het Griekse vrachtschip "Chios"(1960 – 8.693 Brt.) vanuit de haven van Djedda – Saudi-Arabië de haven van naar Hodeidah - Jemen.

Hierna versleepte de "Willem Barendsz" de inmiddels geladen "Ocean Servant l" vanuit Djedda - Saudi-Arabië naar de positie 9.43 Noord en 62.43 Oost(Dit is een positie midden in de oceaan?).

1 februari 1979 was de "Willem Barendsz" in de haven van Djibouti en werd een deel van de bemanning afgelost.

De "Willem Barendsz" versleepte het vrachtschip "Aegis Grace"(1958 – 8.694 Brt.), dat 14 augustus 1978 was gestrand in de Rode Zee op de positie 14.02.48 Noord en 42.47.30 oost, vanuit de haven Djibouti naar Singapore.

18 maart 1979 is de "Willem Barendsz" op de rede van Singapore en werd een deel van de bemanning afgelost.

April 1979 versleepte de "Willem Barendsz" de in de haven van Jubail – Saudi Arabië met baggermateriaal beladen "Ocean Servant l" naar Kuala Terengganu - Maleisië.

Hierna versleepte de "Willem Barendsz" de "Ocean Servant l" geladen met een Jack-Up Booreiland vanuit Singapore naar Abu Dhabi – Verenigde Arabische Emiraten.

Hierna versleepte de "Willem Barendsz" de "Ocean Servant l" vanuit de haven van Abu Dhabi - Verenigde Arabische Emiraten naar Sharjah - Verenigde Arabische Emiraten.

Vanuit de haven Sharjah - Verenigde Arabische Emiraten zet de "Willem Barendsz", vermoedelijk, koers naar de Middellandse Zee.

De "Willem Barendsz" versleepte, omstreeks eind juni 1979, het Griekse vrachtschip "Poly"(1955 – 4.510 Brt.) vanuit de haven van Limasol Cyprus naar Valencia - Spanje.

De "Willem Barendsz" leverde de "Poly" omstreeks 6 juli 1979 af in de haven van Valencia – Spanje.

Vanuit de haven van Valencia – Spanje vertrok de "Willem Barendsz", nadat de "Poly" was afgeleverd naar Rotterdam.

Augustus 1979 lag de "Willem Barendsz" voor survey bij een werf in Rotterdam.

Vanuit de haven IJmuiden versleepte de "Willem Barendsz" de ponton "1921" naar Schiedam.

Vanuit de haven van Rotterdam versleepte de "Willem Barendsz" de dumpbak "BZ-1" naar Arzew – Algerije.

22 november 1979 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit Rotterdam naar de haven van IJmuiden.

28 november 1979 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Rotterdam naar Arzew - Algerije, met de steenstorter "CFEM-102" op sleeptouw.

Vanuit Bizerta - Tunesië versleepte de "Willem Barendsz" de ponton "CFEM-102" naar Fos sur Mer - Frankrijk.

Vanuit Valencia - Spanje, versleepte de "Willem Barendsz" de kraan bak "CB-1" naar Arzew - Algerije.

26 december 1979 vertrok de "Willem Barendsz" vanuit de haven van Gibraltar naar de haven van Sao Miguel op de Azoren.

1980

De "Willem Barendsz" arriveerde op 8 januari 1980 in de haven van Sao Miguel op de Azoren.

12 februari 1980 vertrok de "Willem Barendsz", met de tanker "Asphalt Trader"(1962 – 17.623 Brt.) op sleeptouw, vanuit Lissabon - Portugal naar Piraeus - Griekenland.

29 februari 1980 werd de "Asphalt Trader" door de "Willem Barendsz" afgeleverd in de haven van Piraeus - Griekenland.

Op 5 maart 1980 werd door de "Willem Barendsz" in de haven van Piraeus - Griekenland de Tanker "Fagr"(1953 – 20.961 Brt.) vastgemaakt voor een sleepreis naar Kaohsiung - Taiwan.

Ter hoogte van Djibouti werd op 30 maart 1980 de "Mediterranean Sun" overgenomen door de "Willem Barendsz" en nam de "Amsterdam de sleep van de "Willem Barendsz" de eveneens uit Piraeus, Griekenland, afkomstige en voor Kaohsiung bestemde Egyptische tanker "Fagr"(1953 – 20.961 Brt.) over.
 
Te Colombo nam de "Willem Barendsz" weer de sleep van de "Amsterdam over.


Ter hoogte van Djibouti werd op 30 maart 1980 het passagiersschip "Mediterranean Sun"(1952 – 13363 Brt.) door de "Willem Barendsz" overgenomen van de "Amsterdam" en nam de "Amsterdam" de Tanker "Fagr"(1953 – 20.961 Brt.)van de "Willem Barendsz" over.
 
Nabij Colombo – Sri Lanka werd weer geruild van sleep, met de "Amsterdam", en ging de "Willem Barendsz" weer verder met de "Fagr".

 

En vertrok de "Amsterdam" na gebunkerd te hebben weer met de "Mediterranean Sun".

Op 25 april 1980 nam de "Amsterdam" de Tanker "Fagr" weer over van de "Willem Barendsz" en ging met een dubbel sleep verder naar Kaohsiung – Taiwan.

De "Willem Barendsz" zette na het overgeven van haar sleep aan de "Amsterdam" koers naar Ras al-Khaimah - Verenigde Arabische Emiraten.

Vanuit de haven van Ras al-Khaimah - Verenigde Arabische Emiraten versleepte de "Willem Barendsz" een kraanbak en een ponton naar Djedda - Saudi-Arabië.

Mei 1980 de "Willem Barendsz" was gecontracteerd voor meerdere reizen in het nabije Oosten, waarna zij een reis zal maken van Bahrein naar de Cariben.

21 mei 1980 was de "Willem Barendsz" in een haven van Taiwan en werd een deel van de bemanning afgelost.

Medio juli 1980 verleende de "Willem Barendsz" assistentie aan de Panamese coaster "Al Karim"(1965 – 499 Brt.), ter hoogte van Ras Maidani in de Perzische Golf.

27 juli 1980 arriveerde de "Willem Barendsz" in de haven van Dubai - Verenigde Arabische Emiraten met de Noorse kusttanker "Essi Coral"(1977 – 1.514 Brt.) op sleeptouw vanuit Muscat - Oman.

17 augustus 1980 arriveerde de "Willem Barendsz" bij de positie van de tanker "Al Hofuf"(1968 – 14.923 Brt.) nabij Muscat – Oman.

De "Al Hofuf" had tijdens haar reis van Ras Tanura - Saudi-Arabië naar Djedda - Saudi-Arabië machine schade opgelopen.

Op 18 augustus 1980 arriveerde ook de "Amsterdam" bij de positie van de "Al Hofuf".

De "Al Hofuf" werd door de "Willem Barendsz" en de "Amsterdam" afgeleverd in de haven van Djedda - Saudi-Arabië.

September 1980 versleepte de "Willem Barendsz" de ponton "SR-4" vanuit de haven van Dubai - Verenigde Arabische Emiraten naar de haven van Djedda - Saudi-Arabië.

7 september 1980 was de "Willem Barendsz" in de haven van Djedda – Saudi - Arabië waar een deel van de bemanning werd afgelost.

De "Willem Barendsz" vertrok stations gewijs vanuit Djedda – Saudi - Arabië naar Penzance – Landsend – Engeland.

19 oktober 1980 arriveerde de "Willem Barendsz" in de haven van IJmuiden voor reparaties, waarvoor ze naar werf van de A.D.M. in Amsterdam gaat.

25 oktober 1980 kwam de "Willem Barendsz" weer, vanuit het dok van de A.D.M., naar IJmuiden.

28 oktober 1980 zette de "Willem Barendsz" koers naar het bergings station Penzance – Landsend – Engeland.

Op 25 november 1980 bereikte de "Willem Barendsz" de positie van de coaster "Castor I"(1956 – 499 Brt.), ter hoogte van Port Isaac - Cornwall.

De "Castor I" kapseisde terwijl ze gesleept werd, op de positie 50.35.42 Noord en 4.50 West op 26 november 1980.

December 1980 verrichtte de "Willem Barendsz" stations dienst in het Engels Kanaal.

15 december 1980 heeft de "Willem Barendsz" in een zeer zware Zuid Wester storm het Nederlandse vrachtschip "Greta"(1972 – 1.599 Brt.), voordat het strandde, op 5 mijl uit de kust van Cornwall – Engeland, vast kunnen maken op basis van Lloyds Open Form. En heeft de "Greta" afgeleverd in de haven van Falmouth - Engeland.

19 december 1980 heeft de "Willem Barendsz" de dieplepel ponton "Popeye" vlotgebracht in de St. Ives Bay – Engeland en afgeleverd in de haven van Falmouth - Engeland.

De "Popeye" eigendom van de Holland Beton Groep N.V. raakte op 17 december 1980 tijdens een zware Zuid Wester storm op drift in de St. Ives Bay – Engeland terwijl ze gesleept werd door een Engelse sleepboot.

De berging werd uitgevoerd op basis van Lloyds Open Form.

26 december 1980 werd het vrachtschip "Santa Lucia"(1968 – 1.499 Brt.), die machine schade had opgelopen, door de "Willem Barendsz" in de Golf van Biscaye vastgemaakt en naar de haven van Cornua - Spanje gesleept.

1981

4 januari 1981 zette de "Willem Barendsz" koers naar de positie van de Franse trawler "Roussillon"(1966 – 228 Brt.) die om assistent had verzocht wegens een net in de schroef. De "Roussillon" werd afgeleverd in de haven van Mount Bay - Engeland.

24 januari 1981 leverde de "Willem Barendsz" de hektrawler "SCH. 106 Boeier" af bij de scheepswerf van Wilton Feijenoord in Rotterdam.

De "SCH. 106 Boeier" had schade aan haar roer en hek opgelopen doordat ze met krabbende ankers op de rotsen verdaagde in Mc-Swynes Bay - Engeland.

Na aflevering van de "SCH. 106 Boeier" in Rotterdam werd een deel van de bemanning afgelost en vertrok de "Willem Barendsz" weer naar het bergings station Penzance – Landsend - Engeland.

18 maart 1981 vertrok de "Willem Barendsz", nadat een deel van de bemanning was afgelost, vanuit de haven van Brest - Frankrijk met het Franse marine logementschip "Mossele"(1948 – 9.150 Brt.) op sleeptouw, naar de haven van Bilbao - Spanje.

Bij aankomst in de haven van Bilbao – Spanje, kwam de "Mossele" in aanvaring met een Spaans schip.

Als gevolg hiervan kreeg de "Willem Barendsz" geen toestemming om te vertrekken en moest in afwachting van het onderzoek naar de schade in de haven blijven liggen.

Voor de bemanning een mooie kans om de wal op te gaan, ondanks dat de sfeer in Bilbao en heel Spanje gespannen was wegens aanslagen gepleegd door de ETA.

Als gevolg van deze spanning werden de Bootsman en de dekjongen opgepakt toen ze via het haventerrein aan boord wilden gaan.

De volgende morgen kreeg de "Willem Barendsz" toestemming om te vertrekken en werd koers gezet naar het bergings station Penzance - Lands End – Engeland.

Onderweg naar Penzance - Lands End – Engeland, kreeg de "Willem Barendsz" opdracht om koers te zetten naar IJmuiden.

Na aankomst op 25 maart 1981 werd de "Willem Barendsz" afgemeerd aan de steiger te IJmuiden.

9 mei 1981 werd bekend gemaakt dat de "Willem Barendsz" was verkocht aan de Malayan Towage & Salvage Corporation uit Manilla – Filipijnen.

De "Willem Barendsz" kreeg de naam "Ranger I" en kwam onder Panamese vlag in de vaart.

In de haven van IJmuiden werd de "Ranger I" door de nieuwe eigenaar in de huiskleuren van de Malayan Towage & Salvage Corporation gebracht en klaar gemaakt voor vertrek naar de Filipijnen

De "Ranger I" vertrok September 1981 vanuit IJmuiden naar de Filipijnen

In 1987 is de "Ranger I" door de Malayan Towage & Salvage Corporation, uit Manilla - Filipijnen, verkocht om te worden gesloopt.

De "Ranger I" ex "Willem Barendsz" is 9 november 1987 in de haven van Kaohsiung - Taiwan gesloopt door de Shiong Yek Steel Corp.